Invoegtoepassingenbeheer, dialoogvenster

In dit dialoogvenster kunt u een invoegtoepassing registreren, laden of uit het geheugen verwijderen en de werking van het laden instellen. Als u alleen de zichtbare gedeelten van een invoegtoepassing sluit, bijvoorbeeld door op het bijbehorende systeemmenu te dubbelklikken of door op de knop Sluiten te klikken, verdwijnen de formulieren van de invoegtoepassing van het scherm, maar is de toepassing nog wel aanwezig in het geheugen. Het invoegtoepassingsobject zelf blijft altijd resident in het geheugen totdat de verbinding met de invoegtoepassing wordt verbroken via het dialoogvenster Invoegtoepassingenbeheer.

Als u Invoegtoepassingenbeheer wilt openen, Invoegtoepassingenbeheer in het menu Invoegtoepassingen.

Opties in het dialoogvenster

Lijst invoegtoepassingen

• Beschikbare invoegtoepassingen ù Toont de beschikbare invoegtoepassingen.
  
  
• Laadgedrag ù Toont de werking van het laden voor de geselecteerde invoegtoepassing.

Beschrijving

Geeft een beschrijving van de functie van de invoegtoepassing.

Laadgedrag

• Geladen/verwijderd ù Hiermee laadt u de geselecteerde invoegtoepassing of verwijdert u deze uit het geheugen.
  
  
• Laden tijdens het opstarten ù Hiermee laadt u de geselecteerde invoegtoepassing tijdens het opstarten van de ontwikkelomgeving.
  
  
• Opdrachtregel ù Hiermee laadt u de geselecteerde invoegtoepassing als de ontwikkelomgeving vanaf de opdrachtregel of vanuit een script wordt gestart.

OK

Hiermee werkt u de werking van het laden van geselecteerde invoegtoepassingen bij.

Annuleren

Annuleert alle wijzigingen die tijdens deze sessie zijn aangebracht.